
Differentiëren in het onderwijs uitgelegd

Differentiëren binnen onderwijs is het doelgericht aanbrengen van verschillen in instructie, leertijd of leerinhoud binnen een groep leerlingen of studenten. Het doel daarvan is een zo groot mogelijk leereffect voor elke lerende. Iedereen leert immers op zijn of haar eigen niveau en tempo. Maar hoe bereik je dit? Hoe stem je jouw onderwijs af op de verschillen die er zijn? Hoe dat precies werkt, legt auteur Barend Last uit in de nieuwe video van ‘Barend legt uit’.
Om goed te kunnen differentiëren is het van belang dat een docent zowel zicht heeft op de cognitieve kenmerken zoals voorkennis en eerdere prestaties als op de niet-cognitieve kenmerken zoals interesses en motivatie. Vervolgens kan hij differentiëren op verschillende gebieden: inhoud (moeilijkheidsgraad, verdieping of verrijking van de leerinhoud), vorm (verschillende werkvormen en leermiddelen inzetten), proces (begeleide instructie of zelfstandig werken; online of fysiek leren, verschillende tempo’s of de volgorde van leeractiviteiten) en benadering (mate van sturing en ondersteuning, de hoeveelheid keuzevrijheid en de keuze tussen convergent en divergent differentiëren).
Barend eindigt zijn uitleg met een waarschuwing: leerlingen en studenten hebben vaak meer overeenkomsten dan verschillen. Differentiëren betekent dus niet dat je 30 opties moet bieden. Vaak zijn twee of drie al voldoende.
Bekijk de video
De serie ‘Barend Legt Uit’ is tot stand gekomen in een samenwerking tussen Barend Last, Boom Uitgevers Amsterdam en Vernieuwenderwijs.
Bron: Vernieuwenderwijs
Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je nu in voor
de nieuwsbrief of registreer direct