
Hoe maak je online leren socialer?

Al ruim voordat in maart 2020 afstandsonderwijs de norm werd, richtte Fleur Prinsen, lector Digitale Didactiek bij Kenniscentrum Talentontwikkeling van Hogeschool Rotterdam, zich op blended werkvormen binnen het onderwijs. Als specialiste op dit gebied was het afgelopen jaar daarom een ware rollercoaster voor haar. “Net als voor iedereen uiteraard! Ik hoop wel dat docenten ook iets positiefs halen uit de ervaringen die ze nu opdoen met gedwongen afstandsonderwijs.”
Fleur Prinsen is lector Digitale Didactiek aan Hogeschool Rotterdam. Samen met het Instituut voor Lerarenopleidingen van de hogeschool onderzoekt zij, door het ontwerpen van ‘blended’ werkvormen, hoe de binding van studenten met de opleiding en de leerdomeinen versterkt kan worden. Als psychologe specialiseerde zij zich in onderwijspsychologie: “Ik ben gefascineerd door hoe mensen dingen leren. Ik promoveerde met onderzoek naar sociaal leren online, ofwel hoe je met online applicaties de sociale aspecten van het leren kunt bevorderen. Via technologie kun je verbinding leggen met anderen, bijvoorbeeld via discussiefora of sociale media.”
Online leren, maar toch sociaal
Die sociale component zit nog niet zo sterk in de huidige leeromgevingen voor online onderwijs, aldus Prinsen. “Docenten missen online de directe interactie met hun leerlingen die ze in de klas wel hebben: de aandacht van je klas peilen, naar gezichten kijken of ze het wel begrijpen. Online tools bieden daar ook veel mogelijkheden voor, maar dan moet je op een andere manier ernaar kijken. Jongeren ontwikkelen zich tegenwoordig juist persoonlijk via sociale platforms. De manieren die ze online gebruiken om zich te uiten, kun je ook in het onderwijs inzetten: in plaats van ze een essay te laten schrijven, kunnen ze ook een filmpje, infographic of animatie maken.”
Daarnaast kun je online volgens Prinsen ook inzetten op samenwerkend leren. De drempel om te organiseren dat je online gaat samenwerken, is vaak wat hoger, maar het kan prima. “Discussiefora bieden unieke mogelijkheden voor sociale leerprocessen: laat leerlingen discussiëren over bepaalde stof, dat levert meer reflectie op en ze kunnen even nadenken tot ze een reactie formuleren. Als je onderwijs gaat herontwerpen, kun je ook nieuwe functionaliteiten ontdekken die online beter werken dan offline.”
Een voorbeeld van een applicatie voor online samenwerken is Miro. Studenten kunnen hiermee in groepjes samenwerken en samen een ontwerp maken en tonen op een digitaal prikbord. Vervolgens kunnen ze op dit prikbord naar elkaars ontwerpen kijken en er commentaar op geven. Op die manier leren ze ook van elkaar. Prinsen: “De docent die het gebruikt, wil zelfs niet meer terug naar de fysieke manier om dit te organiseren. Dat is fascinerend om te zien.”
Meer apps en digitaal lesmateriaal ingezet
Ook Hogeschool Rotterdam moest van de ene op de andere dag over naar afstandsonderwijs. In anderhalve week tuigde de onderwijsinstelling een magazine op voor de hogeschooldocenten met tips en trucs. “Aan de ene kant was ik heel blij met de aandacht voor het onderwerp. Tegelijkertijd was er weinig ondersteuning voor docenten, die zelf hun lessen moesten ontwerpen en ontwikkelen. Daardoor kunnen ze negatieve associaties krijgen met online onderwijs.”
“Voor bijna niemand is het een positieve ervaring om alleen maar van achter een scherm les te geven. Daar ben je geen docent voor geworden. Immers, de ervaring met afstandsonderwijs is moeilijk los te zien van alle stress die de coronasituatie heeft opgeleverd: lesgeven vanuit een thuissituatie waarin het moeilijk is om je op je werk te concentreren. Daarom is deze periode niet per se een goede bodem voor de transitie naar meer blended vormen van onderwijs. Ik wil ook niet beweren dat puur online onderwijs direct beter onderwijs oplevert.”
Zoek andere manieren om onderwijs in te richten: dat hoeft niet via het bestaande lesrooster, maar kan meer asynchroon. Bied leerlingen de mogelijkheid om meer in hun eigen tijd te doen.
Wat is dan het recept voor goed online onderwijs? “Je moet studenten activeren. Zoek andere manieren om onderwijs in te richten: dat hoeft niet via het bestaande lesrooster, maar kan meer asynchroon. Bied leerlingen de mogelijkheid om meer in hun eigen tijd te doen. Kennisoverdracht hoeft niet per se plaats te vinden via een uur durende online les. Je kunt ook korter lesgeven en je les aanvullen met een kennisclipje, kijkopdracht of een peer-to-peer gesprek op een online discussieplatform.”
“Ook kun je de offline manier van lesgeven niet een-op-een online toepassen; het liefst kies je voor een ‘blended’ vorm. Sommige docenten vinden de resultaten op dit moment best oké, een klein aantal haalt zelfs betere resultaten dan voorheen. Maar een grote groep docenten heeft door de stress van de situatie en gebrek aan ondersteuning het gevoel dat ze keihard moeten werken, terwijl het niet de resultaten oplevert die ze graag zouden willen.”
Toekomstperspectief
Over de toekomst van digitaal onderwijs heeft Prinsen dan ook een dubbel gevoel: “Ik hoop dat de negatieve ervaringen die leraren hebben opgedaan in de coronasituatie niet de overhand krijgen, maar dat ze ook positieve ervaringen hebben. En ik hoop dat scholen ook de condities en mogelijkheden bieden voor een transitie naar blended onderwijs. De ontwikkeling richting het delen van digitale open leermaterialen gaat wel doorzetten, denk ik. Een stevig onderwijsontwerp hoort daarbij: het is de kern van digitale didactiek en de belangrijkste succesfactor om digitaal onderwijs goed toe te kunnen passen.”
Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je nu in voor
de nieuwsbrief of registreer direct