
Po en vo kritisch, mbo en ho tevreden na Prinsjesdag

De Onderwijsbegroting, die het kabinet dinsdag 20 september presenteerde op Prinsjesdag, heeft in het onderwijs tot gemengde reacties geleid. Bij het primair en voortgezet onderwijs overheerst kritiek, terwijl bij het mbo, de hogescholen en de universiteiten tevredenheid de boventoon voert.
Primair onderwijs
De PO-Raad vindt het jammer dat er niet meer financiële ruimte voor renovatie of vervanging van schoolgebouwen in de Onderwijsbegroting 2023 is opgenomen. PO-Raadvoorzitter Freddy Weima: “Dat is spijtig. Omdat we onderwijs moeten aanbieden in gebouwen die al heel lang zijn afgeschreven lekt er behalve energie ook kennis weg. Leerlingen en collega’s krijgen eigenlijk niet waar ze recht op hebben. Een optimale leer- en werkomgeving. En daar doe je uiteindelijk ook de samenleving mee tekort.”
De extra investeringen die wel in de OCW-begroting zijn opgenomen, waren in de afgelopen maanden al aangekondigd. Zoals het eerder dit jaar ook met de PO-Raad gesloten onderwijsakkoord en de versteviging van het toezicht op de basisvaardigheden. Over het onderwijsakkoord is Weima wel te spreken: “Er worden in deze kabinetsperiode beslist stappen gezet. De loonkloof is gedicht met dat akkoord en deze begroting onderstreept dat nog eens.”
Voortgezet onderwijs
De VO-raad constateert in een reactie dat in de Onderwijsbegroting niets is terug te vinden over de stijgende kosten voor scholen. De energierekening stijgt en de hoge inflatie zorgt ervoor dat ook andere kosten stijgen. Hier is in de Onderwijsbegroting volgens de VO-raad geen aandacht voor. De VO-raad kondigt aan dat ze in de politiek aandacht hiervoor blijft vragen. De VO-raad merkt ook op dat er in de Onderwijsbegroting geen aandacht is voor de mentale gezondheid van scholieren. En dat terwijl Nederlandse jongeren tussen 11 en 16 jaar fors meer mentale problemen en druk door schoolwerk ervaren dan hun leeftijdsgenoten in de afgelopen twintig jaar.
De VO-raad ziet in de Onderwijsbegroting verder vooral een uitwerking van ambities uit het coalitieakkoord:
- Rijke schooldag: tot en met 2027 zijn er middelen gereserveerd om een rijke schooldag te realiseren of uit te breiden.
- Basisvaardigheden: scholen uit po en vo kunnen met een subsidieregeling ondersteuning aanvragen om de resultaten op de basisvaardigheden taal, rekenen/wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid aantoonbaar te verbeteren.
- Heterogene brugklassen: om er voor te zorgen dat leerlingen in de eerste leerjaren in het voortgezet onderwijs meer tijd hebben om op het voor hen best passende onderwijsniveau te komen, heeft het kabinet een subsidieregeling beschikbaar gesteld. Hiervoor is tot en met 2027 geld gereserveerd.
- Samen Opleiden en Professionaliseren: de vijf sectorraden hebben samen met het ministerie van OCW de ambitie om vóór 2030 alle studenten aan een lerarenopleiding op te leiden via partnerschappen. Deze ambitie wordt ook benoemd in de Onderwijsbegroting.
Middelbaar beroepsonderwijs
Met de aangekondigde investeringen in de Voorjaarsnota en nu in de Rijksbegroting maakt het Kabinet de verwachtingen die het mbo had naar aanleiding van het coalitieakkoord waar, aldus de MBO Raad in een reactie. Voorzitter Adnan Tekin: “Mbo’ers krijgen de waardering die ze verdienen. Ze zijn zo’n belangrijke schakel in het realiseren van de ambities van het Kabinet. Van Klimaattransitie tot de aanpak van de arbeidsmarkttekorten: mbo’ers zijn goud waard. En met de aangekondigde investeringen in kennis, innovatie en excellentie kunnen we het beroepsonderwijs verder versterken, om de dromen van elke jongere te helpen waarmaken.”
Tekin zou het mooi vinden als het Kabinet ook de systematiek van leven lang ontwikkelen met het STAP-budget ontwikkelt tot individueel leerrecht voor elke burger met een heldere publieke opdracht voor het publiek bekostigd onderwijs. “Vaker zou de vraag gesteld moeten worden of investeringen in leven lang ontwikkelen bijdragen aan de maatschappelijke opgaven die we hebben. Het aanbod scholing en cursussen lijkt daar nu nog onvoldoende bij aan te sluiten. En daar kunnen we als mbo echt onze ervaring, mensen en infrastructuur inzetten.”
Hoger beroepsonderwijs
De Vereniging Hogescholen vindt het een stap in de goede richting dat het kabinet met de Onderwijsbegroting in de komende jaren investeert in het hoger beroepsonderwijs, in lijn met wat al eerder dit jaar was aangekondigd. De Vereniging Hogescholen is positief over de extra investeringen in praktijkgericht onderzoek waardoor het onderwijsaanbod goed aan blijft sluiten op een snel veranderde arbeidsmarkt.
Ook komt vier jaar lang extra geld beschikbaar om de positie van hogescholen in hun regio te versterken, specifiek voor opleidingen die in hun regio te maken hebben met bevolkingsafname. Dat helpt hogescholen met hun opleidingsaanbod aan te blijven sluiten op de lokale arbeidsmarkt. Verder komt er een verkenning naar hoe hogescholen en universiteiten kunnen blijven voldoen aan de vraag naar menselijk kapitaal in de jaren tot 2050.
Maurice Limmen, voorzitter van de Vereniging Hogescholen, geeft aan dat het ondanks de goede stappen niet voldoende is: “Er is in de toekomst nog meer nodig om hogescholen in staat te stellen ten volle verder te werken aan de oplossingen van morgen.”
Wetenschappelijk onderwijs
Universiteiten van Nederland constateert in een reactie dat er de komende jaren flink geïnvesteerd wordt in universiteiten. Daarnaast investeert het kabinet onder meer in studentenwelzijn, onderzoeksfaciliteiten en kennisveiligheid. Pieter Duisenberg, voorzitter Universiteiten van Nederland: “Universiteiten gaan nu aan de slag met deze investeringen. De werkdruk moet omlaag, er komen meer vaste contracten en wetenschappers krijgen meer tijd voor onderzoek. De investeringen dragen bij aan herstel van de basis en het oplossen van de grote uitdagingen van deze tijd, zoals de energietransitie, digitalisering en kansenongelijkheid.” Hij heeft nog wel een kanttekening: “We maken ons wel zorgen over de effecten van de hoge energieprijzen en de inflatie op de financiële positie van universiteiten. Om nu echt de basis op orde te kunnen brengen, is het nodig dat het kabinet de universiteiten in voldoende mate ondersteunt bij de stijgende prijzen en lonen.”
Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je nu in voor
de nieuwsbrief of registreer direct