Vijf vragen over de Werkagenda mbo

Vertegenwoordigers namens studenten, mbo-scholen, docenten en (onderwijsgevende) medewerkers, werkgevers, gemeenten en het ministerie van OC&W hebben hun handtekening onder de ‘Werkagenda mbo’ gezet. Maar waarom is die agenda er, waarom doen er zoveel partijen mee, wat is de rol van de MBO Raad, wat zijn de thema’s en wat merken de mbo-scholen ervan? De MBO Raad zette het op een rij.

1. Waarom een Werkagenda mbo?

De Werkagenda mbo is nodig, omdat mbo-studenten van nu de oplossingen bedenken en maken voor de uitdagingen van morgen. Dat vraagt om een versterkt mbo. Daarom heeft een brede coalitie alle denkkracht en creativiteit in en rond het beroepsonderwijs gemobiliseerd om het mbo verder te verbeteren en te ontwikkelen. De volgende partijen doen mee:

De Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs (JOB MBO), Beroepsvereniging Opleiders MBO (BVMBO), de MBO Raad, de Nederlandse Raad voor Training en Opleiding (NRTO), VNO-NCW / MKB-Nederland, Vereniging Nederlands Gemeenten (VNG), Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) en het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).

2. Waarom doen er zoveel partijen mee?

In de Werkagenda mbo draait het om ‘Samen werken aan Talent’, om de persoonlijke groei van de mbo-student en een gelijkwaardige positionering van het mbo. Dat kan, gezien de maatschappelijke uitdagingen, alleen door het maken van gezamenlijke afspraken en een goede onderlinge rolverdeling tussen de partijen. De Werkagenda mbo omschrijft de ambities en wat de rol is van elke betrokken partij om die waar te maken.

3. Welke rol speelt de MBO Raad bij de totstandkoming van de werkagenda?

De MBO Raad is belangenbehartiger van de mbo-scholen. Per thema heeft de MBO Raad mandaat opgehaald bij de leden en vervolgens als inzet meegenomen naar de onderhandelingen.

4. Wat zijn de belangrijkste thema’s?

De Werkagenda mbo draait om drie prioriteiten:

• Het bevorderen van kansengelijkheid voor mbo-studenten.
• Een betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, zodat alle studenten straks een duurzaam arbeidsperspectief hebben.
• De verbetering van onderwijskwaliteit, onderzoek en innovatie.

5. Wat merken mbo-scholen ervan?

Alle mbo-scholen maken de komende periode een eigen kwaliteitsagenda, passend bij hun strategisch plan. Zo geven ze uitvoering aan de doelen van de Werkagenda mbo. De mbo-scholen kiezen zelf:

• Of en hoe ze inzetten op doelstellingen.
• Met wie of welke regionale partners zij dat doen.
• Welke maatregelen zij hiervoor inzetten.

Daarnaast besteden mbo-scholen tijd en geld aan verschillende acties uit de overkoepelende Werkagenda mbo, zoals aandacht voor carrièreperspectief van onderwijspersoneel, stagediscriminatie, LOB en practoraten.

Bron: MBO Raad