Home Thema's Toetsen De stappen naar programmatisch toetsen in het vo
Toetsen

De stappen naar programmatisch toetsen in het vo

Achtergrond

Hoe zet je als vo stappen richting programmatisch toetsen? Dat legt Wessel Peeters van Vernieuwenderwijs uit aan de hand van het voorbeeld van Buurtcollege Agora Maas en Peel.

Waarom programmatisch toetsen?

Het programmatisch toetsen is vooral bekend uit het hoger onderwijs, maar biedt ook in het vo kansen. Het helpt een school om:

  • Inzicht te krijgen in de ontwikkeling van leerlingen zonder alleen te kijken naar vooraf vastgestelde toetsmomenten.
  • Data te gebruiken om samen met leerlingen het leerproces vorm te geven.
Wat is programmatisch toetsen?

Bij programmatisch toetsen worden toetsen (datapunten) gebruikt om bewijs te leveren over en feedback te verzamelen op leerdoelen. Toetsen zijn een middel en geen doel. Op basis van de data vindt eens per paar weken een tussenevaluatie plaats (low-stake) en uiteindelijk na een langere periode waarin voldoende data wordt verzameld, een beoordeling (high-stake). 

Voorgeschiedenis

Op Agora Maas en Peel zijn het afgelopen schooljaar de eerste stappen richting programmatisch toetsen gezet. Peeters legt uit hoe en waarom de school bij programmatisch toetsen terecht kwam.

  • Als eerste de zoektocht naar de perfecte challenge. Tijdens een challenge gaan leerlingen op zoek naar vragen die zij zichzelf stellen.
  • Vervolgens het integreren van de kerndoelen in het onderwijs, waarbij de kerndoelen werden omgezet naar kernvragen, die leerlingen kunnen meenemen in hun challenges.
  • Daarna ging het om het inzichtelijk maken van het leren van leerlingen.
Toetsen

Bij het traditionele toetsen waarbij leerlingen op gezette tijden summatieve toetsen maken zijn er verschillende uitdagingen:

  • Leerlingen moeten vaak relatief veel toetsen maken waarbij zij weinig ruimte hebben voor herhaling en het verwerken van feedback.
  • Het gaat om momentopnames, waarbij alles wat daarbuiten gebeurt geen waarde heeft.
  • De samenhang tussen of binnen de verschillende vakken is lang niet altijd aanwezig.

Door dit alles is de waarde van een cijfer vaak lastig te bepalen.

Ook de visie van Agora, waarbij de ontwikkeling centraal staat, leidt tot uitdagingen omdat:

  • Er niet gewerkt wordt met cijfers of andere vormen van beoordeling.
  • Niet de kerndoelen of eindtermen centraal staan, maar de algehele ontwikkeling.
  • De ontwikkeling altijd en overal plaatsvindt en je die dus niet kunt beperken tot gezette tijden of plaatsen.

Bij Agora Maas en Peel kwamen daarom de volgende vragen centraal te staan:

  • Leerlingen leren veel op de school, maar hoe duiden én richten we dat meer?
  • Hoe maken de school dat beter inzichtelijk, zodat de school samen met leerlingen het leerproces kan sturen?
Holistische benadering

Omdat Agora Maas en Peel op zoek was naar een meer holistische benadering van toetsing waarbij de algehele ontwikkeling centraal staat kwam de school terecht bij programmatisch toetsen.

De kern van het programmatisch toetsen zijn de datapunten, momenten die ontwikkeling zichtbaar maken en feedback uitlokken. De school heeft afgesproken per leerling twee tot drie datapunten per week te verzamelen. Daarnaast heeft de school vastgesteld dat ook Agora concepten zoals inspiratiesessies en het leren buiten het gebouw middelen en geen doelen zijn. Uit dat middel kan een datapunt naar voren komen.

Vertaling naar low-stake en high-stake

De volgende uitdaging was de vertaling naar low-stake en high-stake.

Tijdens low-stake gesprekken staan leerlingen met hun coaches en/of groepsgenoten bewust stil bij hun ontwikkeling. Dit gebeurt eens per drie weken. Een leerling heeft dan negen datapunten gehad en de tijd gehad de feedback te verwerken.

Bij een high-stake worden beslissingen genomen over bijvoorbeeld het niveau van een vak. Leerlingen tonen middels hun data aan één of meer vakken op een bepaald niveau te willen gaan afsluiten en willen starten aan hun programma van toetsing en afsluiting (PTA).

Psychologisch welbevinden

Bij het duiden van wat op school geleerd wordt ziet Agora Mees en Peel de zes dimensies van psychologisch welbevinden als ruggengraat: zelfacceptatie, autonomie, positieve relaties met anderen, doel in het leven, grip op de omgeving, persoonlijke groei.

Daarnaast wordt bij de manier van leren gebruik gemaakt van een methodiek met twintig perspectieven: ‘brillen’ waardoor je naar vraagstukken kunt kijken, zoals bij het werken aan de challenge. De perspectieven zijn zo samengesteld dat ze de verschillen kerndoelen en eindtermen dekken. Zo vormt het een indeling van de verschillende vakken oftewel eerder geformuleerde kernvragen.

Samen vormen psychologisch welbevinden en de perspectieven de ruggengraat van het leerproces van leerlingen.

Betekenisvolle momenten inzichtelijk maken

Om ervoor te zorgen dat betekenisvolle data gemakkelijk kunnen worden vastgelegd en gebruikt is Agora Mees en Peel op zoek gegaan naar een praktische tool.

Een tool waarmee de school:

  • In een handomdraai een datapunt vastlegt.
  • Met hetzelfde gemak de data uitleest om erover in gesprek te gaan met leerlingen en of ouders.

En een tool waarmee de leerlingen:

  • Gemakkelijk data kunnen vastleggen. 
  • De data snappen om erover het gesprek te kunnen voeren: de school wil dat leerlingen eigenaar zijn van hun eigen data oftewel leerproces.
  • Gemakkelijk data kunnen presenteren tijdens een presentatie-moment.

Inmiddels zit de school in een testfase met een tool van  Onderwijs Maak Je Samen.

Vervolgstappen

De vervolgstappen voor de komende periode zijn:

  • Het verder concretiseren van bovenstaande punten.
  • Het verder uitrollen van de aanpak.
Afsluiting

Peeters wijst er in zijn slotalinea tenslotte nog op dat het belangrijk is dat de basis is gelegd, maar dat een gezamenlijke cultuur met samen leren door ontwerp minstens even belangrijk is.

Bron: Vernieuwenderwijs.

Delen:

Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je nu in voor
de nieuwsbrief of registreer direct

Trending topics
Stijging ransomware aanvallen in het onderwijs
Zakkie alternatief voor mobieltjesverbod in onderwijs